Er hangt een jas
over een steen,
een hele zware jas,
vol afgunst, slechtheid,
kwaadsprekerij,
bedrog en huichelarij.
Iemand las
de Petrus-brief
en dacht daarbij:
die afgekeurde steen,
’t was Jezus toch
die zei:
Geef maar aan mij,
zonder die jas
ben je beter af,
kom, warm je maar bij mij”.
Nu hangt die jas
over een steen
in de verlaten hof
en ergens bouwt
iemand zonder jas
heel opgelucht,
vol lof.
(Vrij naar 1 Petrus 2 : 1 t/m 10)
Coby Poelman-Duisterwinkel
Uit: "Verstillend Licht (2012)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten