Het was een week voor kerst. Het sneeuwde
dikke vlokken. Het leek wel of de wind er krijgertje mee speelde. Er lag nog
maar een dun laagje maar Mieke maakte zich zorgen. Peter was op
sollicitatiegesprek in het hoge Noorden en zou vanmiddag nog de uitslag
krijgen. Mieke keek naar buiten. Er was nog meer sneeuw voorspeld. Ze was gaan
strijken om haar gedachten wat rust te geven. Stel dat Peter deze baan nu eens
wel zou krijgen. Ze werd uit haar gedachtegang opgeschrikt. Ze trok de stekker
uit het stopcontact, zette de strijkbout op het ijzer en rende naar de
telefoon.
Toen ze de telefoon neergelegd had zuchtte
ze. Waarom kon ze nu niet blij zijn dat Peter de baan gekregen had. Hij had al
zo lang gesolliciteerd en elke keer was er een bedankbrief gekomen met de
mededeling dat de keus niet op hem gevallen was. Peter was er mismoedig van
geworden. Uiteindelijk schreef hij uit balorigheid naar die vacature in het
hoge Noorden. Mieke hoopte in haar hart dat hij die baan niet zou krijgen.
Ze pakte de strijkbout weer op en uitte haar
opkomende verwarring op zijn overhemd toen de bekende stem van Anneke klonk
vanuit de gang. “Joehoe, Mieke, “ een klop op de open deur, “Is er iets Mieke,
je kijkt zo…. schrik je van me?
Het hele verhaal is te lezen in het boek :Granaatjes met een gouden slot. Verkrijgbaar via cobytjeert@live.nl
Heel ontroerend. Ik wil het graag gebruiken.
BeantwoordenVerwijderen